Na een onzekere tijd zijn de restaurants en cafés weer open. Horecaondernemers zetten gezamenlijk de schouders eronder en vertellen over hoe ze de afgelopen periode zijn doorgekomen en hoe ze verder gaan. ‘De gezelligheid zit er alweer goed in’.
De horeca heeft een klap gekregen. Voorziene jaarcijfers zullen bij lange na niet gehaald worden, maar iedereen doet wat hij kan. “Je haalt nooit de omzet, maar je beperkt het verlies,” zegt Gerco Roekel van Hof van Dalfsen nu zijn hotel-restaurant weer open is. “Bij mij is echter het glas altijd halfvol. Je weet gewoon dat als je niks doet, je niks hebt en er ook niks kan.”
Het team van Hof van Dalfsen zette tijdens de sluiting de schouders eronder. “Na de maanden januari en februari, wat altijd rustige maanden zijn, weet je dat je half maart weer los kan. Toen dat niet gebeurde, was dat een flinke klap, maar we hebben niet stilgezeten. De tuin en het gebouw kregen groot onderhoud, alle kamers een enorme schoonmaakbeurt. De tafels werden geschuurd, muren geschilderd, gordijnen gewassen. Alles is nu tiptop in orde.”
‘De dynamiek is in één keer weg’
Ook Moes Hartman van Grand-Café De Fabriek vertelt dat zijn team aan het opruimen en schoonmaken sloeg. “In het begin maakten we ons niet zoveel zorgen en hadden net een drukke periode achter de rug. We vonden het wel fijn om even bij te komen. Toen we na twee weken hoorden dat het nog zeker een maand zou duren en misschien wel langer voordat we weer open konden, sloeg dat gevoel om. Je doet wat je kan, zoals met afhaalmaaltijden, maar de hele dynamiek van een draaiende zaak is in één keer weg.”
Een gelijkluidend verhaal heeft Joost Eilert van Grand Café Het Oude Station. “Mijn zaak was toe aan een opknapbeurt en daar zijn we na sluiting meteen aan begonnen. Alles werd vernieuwd. De bar, vloeren, muren, toiletten. Alles. We gingen uit van een maand dicht, dus paniek was er niet. Toen dat meer dan twee maanden duurde, werd het gevoel erbij anders.”
Een positieve instelling en een flinke dosis creativiteit moesten de voortgang van de bedrijven waarborgen. Net zoals bij De Fabriek en het Oude Station werd eveneens bij Hof van Dalfsen gestart met de mogelijkheid voor afhaalmaaltijden. Roekel: “Heel even werden toen de berichten over besmettingsgevaar zo nijpend dat we alsnog de stekker eruit trokken. Toen dat echter weer wat afnam, hebben we direct weer doorgepakt en is het met die afhaalmaaltijden flink gaan lopen. We hadden het er druk mee, vooral in de weekenden. Wat we ervoor terugkregen was echt geweldig. Zoveel mensen die regelmatig een maaltijd kwamen afhalen, ook uit steun. Van onze kant was het een geste naar de mensen in de omgeving, van hun kant kwam er enorm veel warmte terug.”
Eilert: “Na die eerste maand liep de afhaalmaaltijdenservice verbazingwekkend goed. Het was druk tot het laatste weekend. De eerste dag dat we weer opengingen, hadden we tot twee uur in de middag een normaal verloop. Ik had geen idee wat ik moest verwachten, maar erna zat tot ’s nachts de zaak binnen en buiten vol.”
Het optimisme van Roekel is bewonderenswaardig, maar het moet toch ook vaak moeilijk zijn geweest. “Klopt. Alle grote evenementen werden afgelast. Geen feestjes, geen trouwerijen. Alles lag stil. Er waren heel veel partijen gepland die allemaal werden uitgesteld. Sommige feestjes zullen ook gewoon niet meer plaatsvinden. Wie in april jarig was en zijn verjaardag hier wilde vieren, gaat dat waarschijnlijk niet in oktober nog eens overdoen. Van doorschuiven is dan geen sprake.”
‘We wisselden onderling tips uit hoe het hoofd boven water te houden’
“Had je mij een half jaar geleden gezegd: ‘je gaat een keer drie maanden dicht’, had ik gezegd dat geen enkel restaurant dat zou redden,” vertelt Eilert. “Vooral die eerste weken voelde het heel onzeker. Daarna moet je het accepteren. Die knop zo snel mogelijk omzetten, je verlies nemen en doorgaan. We hebben het er ook wel onderling als horecaondernemers over gehad. In die beginperiode van sluiting ontstond vanuit een gezamenlijke app een bijeenkomst waarbij we een kop koffie met elkaar dronken. We hebben gepraat over hoe iedereen erin stond en wisselden tips uit over te nemen maatregelen en hoe je het hoofd boven water kon houden. Het was toen nog niet bekend wanneer we weer open zouden kunnen.”
Hartman: “Ook als je een goedlopend bedrijf hebt, is deze periode een enorme aderlating geweest. Je kunt wel veel willen verzetten om dit bij te trekken, maar dat lukt je niet. Het verlies is niet in te halen. Je moet nu gewoon door en doen wat je kan. Ons terras is groot genoeg en we respecteren de anderhalve meter. Weet je; de gasten zijn net zo blij als wij dat we weer open zijn. Dat is geweldig om mee te maken.”
“Inmiddels hebben we weer een nieuwe menukaart en we hebben ervoor gezorgd dat je toch gezellig met je eigen groepje bij ons kunt dineren,” vertelt Roekel. “Alles op gepaste afstand.” Roekel blijft positief en realiseert zich dat er ook veel van het personeel wordt gevraagd. “Velen gaan niet op vakantie en pakken nu flink door. Het blijft een heel spannende tijd, maar we moeten met z’n allen de schouders eronder zetten.”
‘Je merkt direct dat sociale contacten enorm belangrijk zijn’
Eilert: “Het loopt nu goed, maar als ondernemer heb je geen idee wat er nog komt. Je bent ook zoekende wat de maatregelen betreft. Soms zie je dat het net even anders loopt dan je bedacht had met bijvoorbeeld de indeling van het restaurant. Dan pas je dat weer aan. Wij zijn van ’s morgens tien uur tot ’s nachts twee uur open. Elke tijd en locatie vraagt om andere aanpassingen. Met koffie serveren kun je prima mensen op anderhalve meter afstand neerzetten. Zeker buiten op het terras. Zodra het dinertijd is wordt het al wat lastiger. Onze ruimte binnen is beperkt en als je allemaal stelletjes krijgt die op anderhalve meter van elkaar moeten zitten, is de zaak gauw vol. Er mogen natuurlijk maar maximaal dertig mensen zitten. Op het terras buiten is meer mogelijk. De kroeg is nog een uitdaging. Mensen houden keurig afstand totdat er een paar biertjes inzitten. Dan moet je meer gaan optreden. Aan de andere kant zit de gezelligheid er alweer goed in en zie je hoe noodzakelijk die sociale contacten zijn. Daar gaan we voor.”
Dit artikel is mede
mogelijk gemaakt door:
Grand-Café De Fabriek
Grand Café Het Oude Station
Hof van Dalfsen
‘t Witte Peerd
Proeflokaal Zuid
Hof van Dalfsen
Hartig & Zoet Catering