Waarom zou ik een testament maken?
Wat als je geen testament hebt opgesteld?
Als je geen testament opstelt, dan is de wet van toepassing. Je erfgenamen volgens de wet zijn achtereenvolgens:
- echtgeno(o)t(e) en kinderen;
- vader, moeder, broers en zussen;
- opa en oma;
- overgrootouders.
Samenwoners, let op!
Zoals je ziet, staat een samenwonende partner niet in dit rijtje! Dus als je samenwoont én als je wilt dat je partner van jou erft, móet je een testament maken. Ook als je om andere redenen wilt afwijken van bovenstaande wettelijke volgorde van erfgenamen, moet je zelf andere personen (of goede doelen) benoemen in een testament.
Voor mensen die gehuwd zijn (of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan) heeft de wet een speciale regeling: de wettelijke verdeling. Kort gezegd komt de wettelijke verdeling er op neer dat de langstlevende en de kinderen samen erfgenaam zijn. Door de wettelijke verdeling gaan alle bezittingen en schulden naar de langstlevende. De kinderen houden hun erfdeel tegoed in de vorm van een geldvordering op de langstlevende. Deze vordering kunnen ze pas opeisen als de langstlevende overlijdt, failliet gaat of in de schuldsanering terecht komt.
Waarom een testament opstellen ondanks de wettelijke verdeling?
Enkele punten die je kunt toevoegen om de wettelijke verdeling meer op maat te maken zijn:
- Wijziging van erfdelen of wijziging van erfgenamen: Normaal gesproken zijn de langstlevende ouder en de kinderen samen erfgenaam, voor gelijke delen. Als je bijvoorbeeld een kind wilt onterven of zijn erfdeel wilt verkleinen, dan zul je dit in een testament moeten vastleggen. Ook als je de kinderen uit een eerdere relatie van je partner juist wel mede-erfgenaam wilt maken, zul je dit in een testament moeten regelen. Het wijzigen van erfdelen kan ook een manier zijn om wat fiscale voordelen te behalen of de eigen bijdrage in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz) wat te beperken.
- Opeisbaarheid geldvorderingen kinderen: De kinderen krijgen hun erfdeel volgens de wet uitbetaald bij overlijden, faillissement of schuldsanering van de langstlevende ouder. In een testament kun je meer situaties vastleggen waarin de kinderen hun erfdeel kunnen opeisen, bijvoorbeeld:
- ingeval van hertrouwen of samenwonen van de langstlevende met een nieuwe partner;
- ingeval van opname van de langstlevende in een verzorgingsinstelling. Daardoor daalt het vermogen van de langstlevende en mogelijk valt daardoor ook de eigen bijdrage in het kader van de Wlz lager uit;
- ingeval de langstlevende in de bijstand terecht zou komen, in geval van onder curatele stelling of onder bewind stelling.
- Uitsluitingsclausule/privéclausule: Dit is de zogenaamde “koude-kantuitsluiten” bepaling. Neem je die niet in je testament op en je kind is in gemeenschap van goederen getrouwd, dan zal je kind bij een scheiding de erfenis met zijn ex-partner (je schoonkind) moeten delen. Om de erfenis bij scheiding privévermogen van het kind te houden, moet je de uitsluitingsclausule opnemen.
- Erfbelasting besparen / flexibel maken van je testament: Als je een erfenis ontvangt dan krijg je ook te maken met erfbelasting. Of je daadwerkelijk erfbelasting moet betalen hangt af van je relatie met de overledene en hoeveel je erft. In een testament kun je extra bepalingen opnemen om de erfbelasting te beperken of om meer sturing te geven aan het moment waarop erfbelasting betaald moet worden. Een andere manier om wat erfbelasting te besparen, is als grootouder in je testament rechtstreeks aan de kleinkinderen een geldbedrag na te laten (‘legaat’). Kleinkinderen hebben, net als kinderen, een vrijstelling erfbelasting van ruim € 22.000. Dit bedrag komt dan zonder erfbelasting bij je kleinkinderen terecht, en gaat ten koste van de erfdelen van de kinderen. Die betalen dus minder erfbelasting.
Wat is handig om ook gelijk te regelen in je testament?
Naast de bovengenoemde punten zijn er nog enkele andere zaken die je gelijk kunt meenemen als je toch een testament opstelt:
- Voogdij: Als jij en je partner beiden overlijden en de kinderen zijn op dat moment nog minderjarig, is er niemand die het gezag over hen uitoefent. De kantonrechter zal in dergelijke gevallen een voogd gaan zoeken die de kinderen in huis wil nemen en verder wil opvoeden. In je testament mag je echter zelf bepalen wie deze voogd moet worden.
- Bewindregeling: Stel de kinderen hebben van jullie geërfd toen ze nog minderjarig waren. De meeste ouders vinden 18 jaar nog te jong om de erfenis gelijk vrij te geven. Een oplossing daarvoor kan zijn om de erfenis van de kinderen onder bewind te stellen in het testament. Dit houdt in dat er een bewindvoerder wordt benoemd die het beheer over hun erfdeel blijft voeren tot een leeftijd van bijvoorbeeld 21 of 23 jaar.
- Executeur: Je kunt in een testament een persoon aanwijzen die je nalatenschap beheert en zorgt dat alle zaken netjes afgehandeld worden: dat alle rekeningen betaald worden, de belastingaangiften gedaan worden, de kinderen hun erfdeel krijgen, enzovoort. Zo’n persoon noemen we een executeur.
- Legaten: Naast de legaten aan kleinkinderen die ik hiervoor noemde, kun je ook andere legaten maken. Denk aan het vermaken van een specifieke zaak aan een specifieke persoon (de antieke kast moet naar het oudste kind) of zelfs de gehele inboedel naar een of meer personen. Of er moet een geldbedrag naar een goed doel.
- Volmacht/levenstestament: Een testament geldt voor je overlijden: wat gebeurt er met je erfenis. Maar stel dat je op enig moment wilsonbekwaam wordt, wie moet dan jouw zaken regelen? Je leeft dus nog wel, maar kunt het zelf niet meer. Daarvoor is een algemene volmacht of levenstestament bedoeld. Ook deze stel je op bij de notaris.
Vechtstede Notarissen
Hardenberg / Tel. 0523 – 261 941
Dalfsen / Tel. 0529 – 431 742
Zwolle / Tel. 038 – 421 58 76
info@vechtstede.com